Passie vor je werk, is dat besmettelijk

1. Kun je nog wel zonder passie?

‘Jurist met passie voor milieu’, ‘Een secretaresse met passie voor tekstverwerken, ‘Is business intelligence je passie?’ Wat is dat toch, dat iedereen tegenwoordig passie voor zijn werk moet hebben? Kun je passie kweken? Is het besmettelijk?
Is passie de zoveelste hype, nu in HRM, of is er daadwerkelijk over nagedacht? Even vanuit de organisatie gezien: Waarom zou een organisatie gepassioneerde medewerkers willen hebben? En waar praten we dan over? Zijn het de fundamentalisten van deze tijd, die vanwege de secularisatie hun droom zoeken in hun werk? De uitkomst is dan voorspelbaar. Conflicten tussen medewerkers zullen zich aaneen rijgen en heel veel van de managementaandacht opslokken. Dat moet je uiteraard niet willen.
De term is uiteraard een hype, maar weerspiegelt wel een behoefte van organisaties. We willen meer dan de van-negen-tot-vijf werker die één minuut over vijf acuut vergeten is wat hij de afgelopen acht uur heeft gedaan, meer dan de werknemer die werken alleen maar ziet als een middel waarmee hij zijn geld kan verdienen. We willen mensen die goed en flexibel om kunnen gaan met het dilemma ‘Leef je om te werken’ of ‘Werk je om te leven’. Kortom, we willen geen loonslaven, maar ook geen workaholics. We willen gewoon mensen die de belangen van zichzelf en hun omgeving afwegen en op grond daarvan objectief prioriteiten stellen en keuzes maken, die ze kunnen uitleggen aan zichzelf en hun eigen achterban, en aan die omgeving.
Hoe is het in Nederland eigenlijk gesteld met de passie? Hoe staat het met uw passie? In dit artikel meer over passie in het werk.

2. De passiebarometer

Organisatieadviesbureau Twynstra Gudde heeft onlangs 111 bedrijven en overheidsorganisaties gevraagd een diagnose te maken van hun eigen functioneren. De uitkomst was ‘tamelijk schokkend’, vindt Twynstra Gudde zelf. Bedrijven geven zichzelf gemiddeld een rapportcijfer 5,7. Een magere zes min, hakken over de sloot, net over. Misschien nog wel schokkender is dat het de leidinggevenden aan drive en passie ontbreekt om voor de 8 te gaan.
‘Als ze zelf niet tevreden zijn over de strategie, hoe de organisatie is ingericht en de motivatie van de medewerkers, waarom steken ze dan hun nek niet uit?’ vraagt Ferry Bezem, één van de makers van het rapport, zich af. ‘Of het zit in onze cultuur om tevreden te zijn met een 5,7, of ze vinden het moeilijk om te doen wat nodig is om een 8 te halen. Want dat betekent bestaande patronen doorbreken.’
Volgens Van Dale is Passie (Lat.) v. (-s) 1. lijden van Christus, 2. heftige aandoening, onstuimige drang van de ziel of het gemoed, 3. drang die men niet kan weerstaan, 4. hartstochtelijke genegenheid. Bedrijven zullen toch wel weten wat ze doen als ze werknemers met een ‘onstuimige drang van de ziel of het gemoed’ in huis halen? Passie is het omgekeerde van passief. Passie maakt blijkbaar het verschil tussen een zesje en een 8.
Ferry Bezem: ‘Ik durf de stelling aan dat bedrijven zonder passie op de lange termijn geen bestaansrecht hebben. In de bestseller van Jim Collins, Good to great, staat dat de passievolle leider met een goed team één van de cruciale voorwaarden is om het beter te doen dan andere bedrijven. Het is ook veel leuker om in een organisatie te werken waar passie heerst, waar er naar je wordt geluisterd.’

3. Is passie blindheid of ondernemerschap?

Maar wat is passie nu echt? ‘Passie is inherent aan risico nemen’, zegt Marihuela Belt, die met haar bedrijf Improvisie trainingen ‘Passie in ’t werk’ geeft. ‘We zijn in ons volwassen leven geconditioneerd in het eerst denken en dan doen. In controle en veiligheid. Dat is heel zinvol, maar voor passie is het een groot obstakel.’
‘Wie passie heeft, geeft niet zomaar op’, zegt Steven Meester, consultant bij Towers Perrin. ‘Niet dat je onbedachtzaam bent, maar je gaat net een stapje verder om het doel te bereiken. Als je op elk niveau in de organisatie dat soort passie weet te organiseren, dan heb je een winning team. Maar passie alleen is niet genoeg. Het is de combinatie van passie en kennis van zaken die het verschil maakt.’
‘Zonder passie geen verandering en dus geen vooruitgang’, stelt Ferry Bezem. ‘Mensen met passie voelen zich verantwoordelijk en zijn voortdurend bezig om de organisatie aan te passen om het doel te bereiken.’
Een vette kluif in de vorm van een bonus kan mensen toch ook gedreven maken om meer ijsjes of koelkasten te verkopen? ‘Ja, maar dat is nog geen passie’, zegt Bezem. ‘Passie komt van binnenuit. Ik denk niet dat mensen gepassioneerd raken door een hogere omzet. Wel door samen te werken en doelen te bereiken.’

4. Voor managers is passie verplichte kost

Niet iedereen in bedrijven brandt van de passie. ‘Dat zou ook een rommeltje worden. Maar als managers geen enkele passie hebben, dan straalt dat wel af op de medewerkers’, zegt Bezem.
Marjan van Lier, directeur van management- en bezinningscentrum Carnac, onderscheidt passie van bezieling. Volgens haar is passie juist iets wat ontstaat doordat anderen zien waar je mee bezig bent. ‘Een schilder die in zijn eentje in een atelier werkt, heeft geen passie maar bezieling. Hij heeft de buitenwereld niet nodig om toch iets neer te zetten.’
Als passie zo belangrijk is, waarom hebben we er dan zo’n gebrek aan? In onderzoek van Towers Perrin zegt 19% van de Nederlandse werknemers zich niet betrokken te voelen bij hun bedrijf, en slechts 8% voelt zich zeer betrokken. De rest vindt het wel goed. Organisaties kunnen hierdoor niet excelleren en niet concurreren met opkomende economieën, waar deze betrokkenheid en de productiviteit veel hoger zijn. In offshore centra voor ICT in China zie je altijd een aantal mensen slapen op hun toetsenbord. Niet omdat ze geen hart hebben voor de zaak, maar omdat ze letterlijk doorgegaan zijn tot ze erbij neervielen.

5. Kun je passie kweken?

‘Laten we realistisch blijven, zegt Steven Meester, ‘Heel veel mensen doen nu eenmaal werk waar ze niet gelukkig van worden. Het is gevaarlijk om te zeggen dat werk altijd leuk moet zijn. ‘Veel mensen moeten gewoon in hun brood voorzien.’
Dat wil niet zeggen dat passie voorbehouden is aan hoger opgeleiden met uitdagende banen. Het maakt wel uit hoe je omgeving je werk beoordeelt, denkt hij. Meester vertelt over vuilophalers die hij in Zwitserland zag. Ze deden met grote toewijding hun werk. Maar ze hadden daar dan ook ‘eer’ van: burgers waardeerden het en lieten dat ook merken. De omgeving kan de passie maken of breken.
‘Bovendien heeft niet iedereen de mogelijkheid om bij een gebrek aan passie van baan te veranderen of voor zichzelf te beginnen’, waarschuwt Meester. ‘Voor oudere werknemers geldt: zelfs als zouden ze willen bewegen, wie wil ze hebben?’
Marihuela Belt heeft ze als klant, de bedrijven met veel veertigers en vijftigers die geen vonkje passie meer hebben en hun tijd uitzitten. ‘Zelfs al is het waar dat deze werknemers geen kant op kunnen, dan nog kunnen ze wel iets veranderen in hun werk’, zegt ze. ‘Het ligt nooit aan de omstandigheden. Binnen heel veel situaties is nog verandering mogelijk, mits je bereid bent zelf te veranderen’. (Zie ook ‘Productiviteit oudere werknemers vergt respect en goed verandermanagement’.)
Belt gelooft in de kracht van kleine stappen. ‘Maak eens contact met je collega’s. Ga staan voor de dingen waar je in gelooft, bijvoorbeeld door in de medezeggenschapsraad zitting te nemen. Risico nemen betekent opnieuw kijken naar je eigen overtuigingen.’

6. Management moet voorwaarden scheppen

‘Het zijn altijd de randvoorwaarden die de passie doden’, stelt Marjan van Lier. ‘Als je werk heel leuk is, maar wel vijftig kilometer verderop, dan verdraag je fluitend de file. Maar na twee jaar gaat die file toch wrikken. En die collega’s die altijd ziek zijn, waardoor je moet overwerken, en die chef die alle creativiteit de grond inboort.’
Toch ben je altijd zelf verantwoordelijk voor je eigen passie’, vindt ze. ‘Als je een chef hebt die je beperkt in je ontwikkeling, bijvoorbeeld omdat het opleidingsbudget op is, dan zit er maar één ding op: weggaan. Je bent zelf verantwoordelijk voor je plezier in je werk.’ (Zie ‘Van je geluk wordt 10 procent bepaald door je omgeving en 90 procent door hoe je hiermee omgaat’.)
‘Toch kunnen ook bedrijven wat doen om risicomijdend gedrag van werknemers te voorkomen’, vertelt Meester. ‘Dat doe je door het risico terug te brengen. Om een zeilmetafoor te gebruiken: er zit altijd wind in de business, ook als je voor de wind gaat. Dan moet je het schip iets meer in de wind leggen. De schuilplaats afbreken waarin mensen weg kunnen duiken. Bijvoorbeeld door de bureaucratie af te breken en de lijnen korter te maken. Door het risico terug te brengen, breng je zeker de passie terug. Niet bij iedereen overigens, niet alle mensen zijn geknipt om in een competitieve omgeving te werken.’
En hoe zit het met mensen die hun passie liever halen uit hun voorzitterschap van de voetbalclub? Die van weekeind naar weekeind leven? ‘Als dat je bevredigt is daar niets mis mee’, zegt Van Lier. ‘Maar een voorzitter van een voetbalclub kan denk ik goed leiding geven. Als dat er niet uit komt op je werk, heeft zowel het bedrijf als de werknemer een probleem. Er moet toch een plek zijn waar je doordeweeks ook je talenten kunt inzetten?’
Voor Marihuela Belt is het een schrikbeeld. ‘Van de zeven dagen er vijf overleven en twee leven? Dat is een hoge prijs. Je moet geen slachtoffer willen zijn van de omstandigheden. We hebben constant de keus: ga ik weg, start ik een eigen toko, ga ik de barricades op? Ik ben ervan overtuigd: iedereen heeft passie. Zolang je maar het luikje open weet te zetten. Echt, ik heb de meest grijze mannen en saaie dozen kleur op de wangen zien krijgen.’

7. Meer passie in uw organisatie

Passie is goed, zowel voor de organisatie als voor de medewerkers zelf. Kernwoorden voor het management richting medewerkers zijn:

  • delegeren,
  • waardering en respect,
  • uitdagen,
  • ondersteunen.

Zorg ervoor dat medewerkers het beste uit zichzelf willen halen en dat ze niet gefrustreerd raken door de ego’s van hun ‘baasjes’ (zie ‘Verandermanagement, ego’s en cognitieve dissonantie‘) of door machtsspelletjes die veel organisaties doordrenken en soms zelfs vergiftigen. (Zie ‘Macht de vijand van innovatie verandering en verbetering’.)
Cultuur is vaak het toverwoord dat gebruikt wordt. Cultuur is echter iets wat het management graag wil en dat bepaald wordt door de medewerkers. Zij zijn de echte cultuurdragers en zullen alleen de hoop en verwachtingen van het management invullen, als het management daarin de juiste voorwaarden schept. Pas dan kunnen organisaties flexibel inspelen op hun omgeving en hun productiviteit en het innovatievermogen verbeteren.  En anders ga ik als medewerker toch gewoon maar weer om vijf uur naar huis!  😉

 

https://zbc.nu/hrm/cultuur-en-hrm/passie-voor-je-werk-is-dat-besmettelijk/

Sauvegarder cet article ?

Connexion S'inscrire